vrijdag 31 januari 2020

Waar zijn we?


Het is rustig in de pauze, alle kinderen zijn lekker aan het spelen. Juf Roos neemt even een moment voor zichzelf. Ze pakt haar appel en terwijl ze op de rand van de zandbak wil gaan zitten en een grote hap van haar appel neemt, komt Jesse naar haar toe. “Hoi Juf, weet jij waar Melvin is, ik heb hem al een paar dagen niet gezien op het plein”. Roos verslikt zich bijna in haar appel, want wat ze zo Jesse mee moet delen, is geen leuke boodschap. Melvin zijn zusje Desiree is ernstig ziek en het ziet er naar uit dat ze niet meer lang te leven heeft. Jesse komt zo nu en dan over de vloer bij Melvin en kent zijn zusje ook, weet Roos. Ze nodigt Jesse uit om naast haar op de zandbakrand te komen zitten. “Melvin, komt een paar dagen niet naar school, omdat zijn zus heel erg ziek is”. “Oh”, zegt Jesse. “Gaat ze dood?”. Juf Roos wil niet om de zaak heen draaien en knikt: “Ja, waarschijnlijk wel”. “Wat erg, juf, het is net zo’n leuk meisje. “Ja”, zegt Roos, “Ik weet het”. Het is even stil en dan zegt Jesse: “Juf, als we dood gaan, waar zijn we dan?”. “Komen we wel weer terug, als we dood zijn en hoe komt het dat Desiree nu al misschien dood gaat, ze is nog maar zo jong”, het zijn een aantal vragen die Jesse zijn leerkracht stelt. Het zijn diepzinnige vragen, die juf Roos zo goed mogelijk probeert te beantwoorden: “Sommige mensen zeggen, dat we een ster worden, als we dood zijn. Of, weer andere mensen zeggen dat we naar de hemel gaan. Ik weet daar zelf ook niet zo goed een antwoord op te geven”. Op de vraag van Jesse of we weer terugkomen, antwoordt ze: “Er zijn mensen die geloven dat wanneer we dood zijn en weer terug willen komen, wij dat doen in een nieuw lichaam. Je word dan opnieuw geboren. Dit opnieuw geboren worden, wordt reïncarnatie genoemd”. “Reïncarnatie, wil eigenlijk letterlijk zeggen dat je weer terug komt in het vlees”, besluit Roos. “Wat denk jij, Jesse?”, vervolgt Roos. “Ik denk, dat we weer terugkomen en dat we weer opnieuw geboren worden”. Het is even stil en dan besluit Jesse: “ik hoop dat Desiree nog lang hier mag blijven”. Hij staat op en loopt, in gedachten verzonken, naar de jongens toe die in het speelbos aan het spelen zijn.

Het stellen van diepzinnige levensvragen is een kenmerk dat bij hooggevoelige kinderen hoort.

Tip: probeer, als leerkracht, zo goed mogelijk antwoord te geven op de diepere levensvragen van hooggevoelige kinderen. Zo voelen zij zich begrepen. Zeg ook eerlijk als je de vraag niet kunt beantwoorden. Wees ook eerlijk als je het antwoord op de vraag schuldig moet blijven.


                                                                                                                                   

donderdag 23 januari 2020

Vleugels en blaadjes


Trots betreed Jeroen het klaslokaal met een insectenpotje in zijn hand. Het insectenpotje is uitschuifbaar en er zit een vergrootglas op. In het potje kun je gedetailleerd insecten, blaadjes of een bloem bekijken. Jeroen loopt rechtstreeks naar zijn meester toe om hem zijn laatste aanwinst te laten bekijken. “Kijk, meester!”, en laat vol trots zijn insectenpotje aan meester Paul zien. “Als we vanmiddag in de schooltuin gaan werken, kan ik ondertussen mooi even wat insecten onderzoeken.” Jeroen is een jongen die in alles geïnteresseerd is, als het maar met de natuur te maken heeft. Zo is hij ook heel blij dat er vorig jaar door school geld is ingezameld om een schooltuin te starten. Van het geld is steigerhout gekocht en zakken aarde en zaden. Handige ouders hebben van het steigerhout vierkante bakken van 1.2o bij 1.20 meter gemaakt. De leerlingen mochten helpen om de aarde in de bakken te verspreiden en ook Jeroen heeft hieraan enthousiast een bijdrage geleverd. Jeroen kon niet wachten om te beginnen met zaaien en heeft stiekem al een paar zaadjes in de bak laten vallen, zonder dat daar al toestemming voor gegeven was. Voordat Jeroen naar school ging bekeek hij of er al iets zichtbaar werd in de bak. Hij kon niet wachten op het resultaat. Ongeduldig had hij aan de blaadjes willen trekken om de plant tot wasdom te laten komen. Helaas voor Jeroen, heeft het geen zin om aan de blaadjes te trekken. Een plant zal hier echt niet sneller door gaan groeien.
Inmiddels zijn alle zaden uitgezaaid en hebben alle kinderen hier een bijdrage aan mogen leveren. Niet elk kind is enthousiast als het op tuinieren aankomt. Voor Jeroen is dit geen punt, hij neemt het graag over van die kinderen die er niet in geïnteresseerd zijn. De planten zijn uitgegroeid tot volwassen groenten en bloemen. Bijen, hommels en andere ‘vliegers’, vliegen van bloem naar bloem en op de stengels lopen ook insecten die we liever niet op onze planten hebben. Voor Jeroen maakt dit niets uit, hij is geïnteresseerd in alles wat maar met de natuur te maken heeft en vandaag gaat hij dit alles nog eens extra onderzoeken. Tenslotte heeft hij zijn insectenpotje en wordt voor hem alles uitvergroot. Er zal hem vandaag niets ontgaan.

Hooggevoelige kinderen hebben een sterke binding met de natuur. Ze zijn geïnteresseerd in plant en dier. Deze kinderen laden ook op in de natuur; ze krijgen er nieuwe energie van.

Tip: om kennis te maken met de natuur, ook al is er geen schooltuin, kun je de kinderen toch laten zaaien in bijvoorbeeld een kweekbakje of bloempot. De kinderen kunnen de eigen kweek verzorgen en het groeiproces van de plant observeren.

woensdag 8 januari 2020

Moe naar school 3

“Ik kom zo bij je, ik moet nog heel even iets regelen”, zegt juf Margot, terwijl ze Hannelore passeert op de gang. “Oké, ik zie je zo!”, antwoordt Hannelore, terwijl ze naar het klaslokaal van Marit loopt. Ze denkt aan het gesprek, dat ze zo dadelijk heeft  en welke tips juf Margot voor haar heeft.

“Zo, daar ben ik!”, zegt Juf Margot, terwijl ze het klaslokaal binnen komt. “Sorry, maar ik moest dit even regelen”. “Geeft niets hoor, ik ben blij dat je tijd voor me hebt vrijgemaakt en over de vermoeidheid van Marit wilt praten.” Margot neemt plaats tegenover Hannelore, terwijl ze vraagt hoe het de afgelopen week is gegaan. Ze vraag of Hannelore nog het een en ander heeft kunnen ontdekken met betrekking tot de activiteiten die ’s morgens plaatsvinden, nog voordat Marit naar school gaat. De betreffende activiteiten zouden wel eens de oorzaak kunnen zijn van haar vermoeidheid. Marit is ’s morgens vaak al moe, nog voordat de klas begonnen is. Hannelore haalt het lijstje van observaties uit haar tas en geeft het aan Margot.  “Nou, dat is me een hele lijst”, verzucht Margot. “Ja, inderdaad”, beaamt Hannelore en vervolgt: “Toen ik de lijst voor me zag, kreeg ik al een aantal inzichten en heb ik een paar veranderingen doorgevoerd in de morgen, voordat Marit naar school gaat”. Hannelore vertelt uitvoerig wat er binnen het ochtendritueel is veranderd en dat het al enige vruchten afwerpt; er is al meer rust ontstaan in het gezin. Het gezin ontbijt nu in alle rust aan de ontbijttafel en de televisie blijft uit. Ook heeft de rust positieve gevolgen voor haar en haar man. Het kissebissen ’s morgens, tussen hen, is voorbij. Het enige punt dat nog blijft liggen is dat Marit 's morgens enigszins moe uit bed komt.  “Nu je het zegt, Hannelore, vind ik dat Marit meer uitgerust op school verschijnt en mooi dat je die inzichten hebt gekregen”, zegt Margot, terwijl ze knikt en vervolgt: “Mogelijk kun je op zoek gaan naar iemand die hooggevoelige kinderen begeleid, misschien heeft een dergelijk therapeut een oplossing voor het niet uitgerust uit bed komen”.

Hannelore en juf Margot komen tot de conclusie dat de observatie van de ochtend en de veranderingen die Hannelore heeft ingevoerd hun vruchten hebben afgeworpen. Hannelore bedankt Margot voor haar idee om de situatie ’s morgens te observeren. Tenslotte heeft  dit er toe geleid dat Marit nu meer uitgerust naar school gaat en zich zo meer kan opnemen van de lesstof die Juf Margot haar aan biedt.

Hooggevoelige kinderen kunnen voordat ze gaan slapen even de dag met de ouder doornemen. De vervelende of enerverende dingen kunnen in een  denkbeeldige ballon gestopt worden en vervolgens kan de ballon door het kind losgelaten worden. Laat het kind visualiseren dat de ballon over het land, de duinen en de zee verdwijnt.

Moe naar school 2

Hannelore, de moeder van Marit, heeft een hele lijst aan kunnen leggen met de activiteiten die hebben plaatsgevonden, voordat Marit naar school gaat.





Deze lijst ziet er als volgt uit:

  • Bij komen van de nacht
  •  Kleding uitzoeken
  • Televisie kijken
  • Spanning tussen mijn man en mij, door de hectiek
  • Bij wijze van ontbijt een vruchtendrankje en koek
  • Zelf gestrest achter het stuur

Volgende week heeft Hannelore een gesprek met de leerkracht van Marit, juf  Margot.

Tijdens dit gesprek zal de lijst van activiteiten doorgenomen worden, om te zien of er in de dagelijkse gang van zaken verandering gebracht kan worden.

Nu Hannelore zo de lijst voor zich ziet, vallen haar een aantal dingen op, zoals de stressmomenten die ze beleeft, voordat ze zelf naar haar werk gaat. Ze komt zelfs al tot een aantal belangrijke inzichten, die ze vanaf morgenochtend meteen gaat invoeren. Zo lijkt het haar een goed idee om de avond, voordat Marit, gaat slapen, de kleding voor de volgende dag al klaar te leggen. Verder is het ook geen gek idee, om de ontbijttafel alvast te dekken, voordat ze zelf naar bed gaat. Zo kan het gezin dan de volgende dag rustig met elkaar ontbijten, zodat ieder op een rustige manier van het ontbijt kan genieten.  Hannelore begint al zin te krijgen in het dekken van de ontbijttafel voor de volgende dag. Ze is benieuwd naar het resultaat en hoopt dat zij met deze inzichten, juf Margot, ook kan verrassen. (Wordt  vervolgd)

Hooggevoelige kinderen gedijen veel beter bij het hebben van een vaste structuur in hun leven.

Zie jij het niet?


Karren, fietsen, skelters, scheppen, emmers en nog veel meer, zijn enthousiast door de kinderen, uit de schuur tevoorschijn gehaald. De kinderen hebben er zin in. Het plezier is van hun gezichten af te lezen. Het weer helpt daar ook een handje aan mee. Het schoolplein is omgetoverd tot een waar speelparadijs. Mascha laat haar blik over het schoolplein gaan, terwijl ze haar vriendin aan tikt. “Mooie kleuren allemaal, hè?”. “Ja”, beaamd haar vriendin Cindy en vervolgt: “Maar alleen, wat Michelle aan heeft vind ik niet zo mooi”. Verbaast kijkt Mascha haar vriendin aan. “Ik heb het niet over de kleren, die de kinderen aan hebben, ik heb het over de kleurtjes die om de kinderen heen dansen. Paars, geel, roze en blauw. “Kijk, maar!”, reageert Mascha enigszins gepikeerd. “Zie, je dat meisje daar bij die boom? Ik zie allemaal mooie roze kleuren om haar hoofd heen”, gaat Mascha verder. “Je bedoelt dat meisje met dat roze jurkje aan?”, oppert Cindy. “Nee, joh, dat meisje met dat groene jurkje! Ze heeft allemaal roze getinte kleuren om haar hoofd. Dat meisje bedoel ik”, nu toch wel van haar stuk gebracht, reagerend. “Ik zie alleen een meisje met een roze jurk aan en meer niet”, antwoordt Cindy verbolgen. “Gek”, zegt Mascha, “Zie jij die kleuren dan niet, die om het lichaam van mensen heen zitten?”. “Nee, ik zie alleen kleuren van de mensen zelf en de kleren die ze aan hebben”, zegt Cindy perplex. Zoiets heeft ze nog nooit meegemaakt, kleuren zien om mensen. Wat een gekke gewaarwording. Mascha probeert haar vriendin allerlei verschillende oogstanden te laten toepassen, in de hoop dat ze ook kan leren zien wat zij ziet. Wat Mascha ook probeert, het heeft geen zin, Cindy ziet het niet, ook al doet ze nog zo haar best. De twee vriendinnen besluiten om ook eens aan de andere kinderen te vragen of zij kunnen zien wat Mascha ziet. Wat een teleurstelling, de andere kinderen zien het niet. “Laten we het nog één keer proberen, we vragen het aan Marcel. Tot grote opluchting van Mascha, kan Marcel ook zien wat zij ziet. Op deze dag doet Mascha een bijzondere ontdekking: niet iedereen ziet de wereld zo ‘kleurig’ als zij.

Hooggevoelige kinderen kunnen licht en kleuren (aura’s) waarnemen bij andere mensen. Bij veel kinderen verdwijnt deze gave in de loop der tijd, om welke rede dan ook.

Tip: vraag deze kinderen welke kleuren ze zien, zodat ze erkent worden in deze gave.